Skip to main

Zoek in woordenlijst

Content taal

Concept information

Er is geen term voor dit concept in deze taal.

Voorkeursterm

hooilanden (nl)  

Type

  • CHT concept

Heeft breder begrip

hasConceptStatus

hasLocationSpecification

  • Overal in Nederland kwamen hooilanden voor.
  • Overal in Nederland kwamen hooilanden voor, met namen als maden (verwant aan het werkwoord ‘maaien’), meden, maat, miede, vleier, vlier (flier) of vuilmaat. Na het maaien werd vroeger het hooi op ruiters gezet om het te drogen. De armste hooilanden (met de rijkste natuurlijke vegetatie) worden wel aangeduid met de vakterm blauwgrasland.

hasSourceId

  • 660

hasSpecification

  • Binnen het traditionele agrarische systeem was hooi essentieel om vee de winter door te helpen. Hooilanden waren daarom buitengewoon belangrijk en zijn meestal al in de Late Middeleeuwen privébezit geworden, veel eerder dan de meenten (gemeenschappelijke weilanden). Een deel van de hooilanden was in landbouwkundig opzicht uitgesproken arm. Deze hooilanden lagen vaak op plekken die te moerassig waren voor gebruik als weiland. Ze verarmden in de loop van de tijd steeds verder, omdat er alleen materiaal (hooi) aan werd onttrokken. Het zijn botanisch rijke gebieden, die vanuit natuurwetenschappelijk oogpunt belangrijk zijn door hun vochtigheid, vaak gecombineerd met een schrale bodem. Door waterpeilverlagingen zijn ze nu vaak normaal weiland geworden. De beste hooilanden lagen in beekdalen, op plekken die regelmatig door slibrijk water werden overstroomd en daardoor vruchtbaar waren. In de loop van de tijd hebben veel boeren hun hooilanden verbeterd door ze kunstmatig te bevloeien met slibrijk water (de term (/) vloeiweiden is dan ook onjuist: beter zou de term vloeimaden zijn).|Binnen het traditionele agrarische systeem was hooi essentieel om vee de winter door te helpen. Hooilanden waren daarom buitengewoon belangrijk en zijn meestal al in de Late Middeleeuwen privébezit geworden, veel eerder dan de meenten (gemeenschappelijke weilanden). Een deel van de hooilanden was in landbouwkundig opzicht uitgesproken arm. Deze hooilanden lagen vaak op plekken die te moerassig waren voor gebruik als weiland. Ze verarmden in de loop van de tijd steeds verder, omdat er alleen materiaal (hooi) aan werd onttrokken. Het zijn botanisch rijke gebieden, die vanuit natuurwetenschappelijk oogpunt belangrijk zijn door hun vochtigheid, vaak gecombineerd met een schrale bodem. Door waterpeilverlagingen zijn ze nu vaak normaal weiland geworden. De beste hooilanden lagen in beekdalen, op plekken die regelmatig door slibrijk water werden overstroomd en daardoor vruchtbaar waren. In de loop van de tijd hebben veel boeren hun hooilanden verbeterd door ze kunstmatig te bevloeien met slibrijk water (de term vloeiweiden is dan ook onjuist: beter zou de term vloeimaden zijn). Andere benamingen waren maden (verwant aan het werkwoord 'maaien'), meden, maat, miede, vleier, vlier (flier) en vuilmaat. Na het maaien werd vroeger het hooi op ruiters gezet om het te drogen.

In andere talen

  • Nederlands

  • flier
  • hooiland
  • maat
  • maden
  • meden
  • miede
  • vleier
  • vlier
  • vuilmaat

URI

https://data.cultureelerfgoed.nl/term/id/cht/2641ba9b-106f-4536-87a1-ec5946a0d8ba

Download dit concept:

RDF/XML TURTLE JSON-LD Gewijzigd 2019-01-31T15:32:58Z Gemaakt 2016-11-02T10:05:06Z2016-11-02T10:05:06Z